Ieder type terraria heeft natuurlijk ook weer een ander soort bodembedekking nodig.

Voor een regenwoudterrarium en paludarium zijn de volgende soorten bodembedekking geschikt: kurk of schorssnippers, beukenhoutsnippers, kokosspaanders, kokosvezel en turfmolm of turfstrooisel. Let er wel op dat grotere stukken bodembedekking kunnen zorgen voor verstopping bij de dieren. Ook is turf minder geschikt voor slangen omdat dit een hogere zuurgraad heeft en dit kan zorgen voor beschadigingen aan de slang. Op de bodembedekking zou je een laagje mos kunnen leggen omdat dit goed vocht vast houdt. Dit is vooral goed voor amfibieën.

Zand wordt veel gebruikt als bodembedekking voor een woestijnterrarium. Als je dieren hebt die graag graven kun je het beste kiezen voor zand dat stevig genoeg is zodat de holen die ze graven niet direct instorten. Echt woestijnzand is anders van samenstelling en heeft meestal een mineraaloorsprong. Daardoor is dit ook wat duurder. Het zand moet ongeveer twee keer per jaar vervangen worden. Het nadeel van alle zandsoorten is dat dit makkelijk ingeslikt kan worden door de dieren en dit voor verstopping kan zorgen. Probeer daardoor de dieren te voeren in een voerbak zonder bodembedekking, zo beperk je de zandopname.

De vier hoofdtypen terraria zijn: tropisch, moeras, gematigd en woestijn.  

Een tropisch terrarium is te herkennen aan de weelderige plantengroei, een constante temperatuur van 25 tot 30 graden, nauwelijks afkoeling gedurende de nacht en een relatief hoge luchtvochtigheid.

Een moeras terrarium, ook wel een paludarium genoemd, bevat een groot ondiep watergedeelte maar de omstandigheden zijn verder vrijwel hetzelfde als die van een tropisch terrarium.

Een gematigd terrarium bootst een gematigde klimaatzone na zoals het Zuid-Europese klimaat. In deze terraria wordt veel gebruik gemaakt van hout, stenen en kleinere planten. De temperaturen liggen in de lente en zomer overdag tussen de 25 en 32 graden en in de nacht tussen de 12 en 20 graden. In het najaar zijn de temperaturen lager. De luchtvochtigheid ligt tussen de 50 en 75 procent.

Een woestijn terrarium herken je aan het droge klimaat en veel licht. Er moeten warme en koelere plekken zijn waar de dieren kunnen gaan liggen. De warme plekken worden gebruikt om op temperatuur te komen en daarna moeten ze zich kunnen verplaatsen naar een schaduwrijke plaats. De temperatuur mag in de nacht veel koeler zijn dan overdag.